vrijdag 17 december 2010

Omgangsvormen
















Het zaad en de boom
en de ruimte om te bloeien.
De vernietiging van de omgangsvormen
in een fragiele atmosfeer.
Materiële penetratie van de ruimte,
het doolhof smacht naar arme zielen,
voedsel voor de maan.

donderdag 2 december 2010

georganiseerde misdaad(bal gehakt)

















Ik heb geen lekkage nodig
om te zien wat er aan de hand is.
de orakels verdwalen
in de chemische circulatie,
de onderwereld
beklimt de schijnbare ladder
met weinig moeite,
de wetenschapper rommelt
met procenten
in de gebroken materie
en publiceert
in schelle reclame folders.
De elementen glimlachen
zeer subtiel en vrijmoedig,
zijn bewustzijn, gelukzaligheid,
alleen de grenzeloze
eeuwigheid om te (be)grijpen,
het woord is niet het ding.
(wat is liefde?)

dinsdag 23 november 2010

De draden van de spiegelmachine
















De smalle dromen schreeuwen luid
zonder ooit wakker te zijn geweest.

maandag 22 november 2010

Hardvochtig gerommel

Een nieuwe kerncentrale.

De Grote Knal Gedachte















Werelden imploderen en dijen uit,
de muzen grenzeloos en eeuwig,
de zwarte gaten, de kikkervissen
dansen met de gele maan,
het naakte licht en donker
volledig in ontwikkeling,
het is nooit af, je komt nooit klaar,
er valt nog steeds iets af te leren
bij het stemmen van de snaren.
(verticale abstractie met tegenlicht)

Lulletje Rozenwater
















Boven het kreupelhout richt hij zich op,
met kop en schouders.
Het geïnfecteerde maaiveld afgeslankt.
Niet langer bezaait met klaver,
fluitenkruid, zuring, riddersporen,
gele en valse kamille,
grasklokken en robertskruid,
dolle kervel, zuring,
boerenwormkruid, madeliefjes,
cichorei, slangekruid,
de grote ereprijs, sleutelbloemen,
vingerhoedskruid,
akelei, vergeet-mij-nietjes
en gele moddervette
boterbloemen.
(diagonale abstractie uit het veld)

zondag 21 november 2010

zaterdag 20 november 2010

Meditatie voor de torens
















De hele bevolking van de stad liep uit vandaag,
mijn God wat is het leven mooi.
De eerste kou kwam fluisterend
met de avond, na eens
flink te hebben ingeademd, verruimde
de dingen zich en kon ik voldaan de nacht
laten inwerken op de zevende cirkel
van de balancerende elementen.
Perfect in het midden van de bron gingen
we zorgeloos en in overgave
met de kleurrijke optocht de heuvels in,
de grote trom en het trillen van de cimbalen
gaven de grenzeloze maat, het lachen
van de koperen fluit dwarrelde langs de bomen,
de twijfel vluchtte nederig naar de bodem.

vrijdag 19 november 2010

Sterke schouders
















Het gewicht
langs de kant van de weg,
een druppel uit de bron
beland overweldigend
in het centrum van het licht,
nederig
met een rebelse glimlach
kijkt het de grauwe duivel
in de oude bloeddoorlopen
ogen.

Aangeschoten wild
















Bodemloze gedachte begint en eindigt
in het stille lied zonder grenzen.
(dualistische illusie)

dinsdag 16 november 2010

Schaamlap in de toren

















Net niet over datum, verdikkingsmiddelen
in geuren en kleuren.
Zodat de armen langzaam maar zeker
afhankelijk worden van gesubsidieerde
bloedverdunners.
Een zware chemische bezinking
wordt opgediend met de ondeelbare vis,
de betaling uitgesteld
met een vage rentevoet.

Ik schaam mijzelf dood
dat ik een elitair genie ben,
en afhankelijk ben
van de goede smaak van de
hardwerkende proleten.
Het spijt mij!
Ik hoop dat U mij kunt vergeven.
(voor alle slachtoffers
van mijn kunst en vliegwerk)

maandag 15 november 2010

Ruimtelijke elementen


De rokken gaan langzaam open,
de ui tot aan de kern,
in de holle ruimte van het boek
hangt het aan een dunne draad.
(zorgeloze stilte in het oog van de storm)

Ga maar zitten
















Ook aan de verschoten muren
dansen de slaven,
de bodemloze put gedempt
besmette schepen varen
naar de laveloze haven.
Zonder manieren wacht de storm
op de aangeslagen woorden,
de overvloed verruimt
de doodzieke jaren.


Zonder klachten lacht de hond,
de noodklok omgesmolten
in de grenzeloze zon.
Het benul breekt door
de dijk begraven.
Het laat urgente mogelijkheden
in haar luie ogen razendsnel
vervagen tot omgeblazen
rook.

zondag 14 november 2010

Balk in de ogen sluiers voor het raam


















Transformatie over de grenzen
van communicatie,
lege woorden
langs de waterwerken.
De torens lasteren
in de tegenstand aan de overkant.
Het duistere onderonsje
kruipt door het aangekoekte nucleaire stof
het slijmspoor in chemische verbindingen
langs het smalle pad op de pof.
Doorgedraaide rotzooi op het bord
van de bedelmonnik, de bekers lopen over.
Balk in de ogen, sluiers voor de ramen
versplinterde zinnen voor de kudde.
Bekrompen orgasme met een zuinig mondje.


De kinderschare voer
voor de geconserveerde
digitaal gecomputeriseerde bejaarde
met een sprookjes syndroom
gevaarlijk balancerend
op de gedroomde wolk van rente.
Citaat van de dag:
("kom toch eens klaar, klootzak") 

Wereld


















Een constitutioneel zwart gat,
het verhoogde sterrenstof
en een kaarsrechte lijn
achter de muur.
In de mijnen
diep onder de modder
enige gelijkheid.


De abstractie
valt op de natte vloer
in de blauwe kamer
van het denken.


Hij blies een deel van de tempel op,
een deel van zijn hart.
Het ongeboren kind
in de brandende moeder
de zoveelste profeet.
(De oorlog een calculatie
van de monetaire orde)


De kwade angst
gluurt door de scheuren,
door de bomen van het bos.
Mijn geheiligde naam gewist.
De draadloze spiegelmachine
veranderd in een smalle droom.
(De slaap is overweldigend
zonder solide ziel)
Het licht van de wereld
schuurde tegen
verschoten plastic wanden.

donderdag 28 oktober 2010

Zorgeloze samenzang

Met het trillen van jouw stem,
spelend langs de dood.
Dromen met zachte handen
in het zoete gras.
De grote koude woorden
zonder stenen betekenis.
De vissen breken
op de ongelijke vlakken
van de vuilnishoop.
De sterren dansen,
vrijmoedig en ongeschonden puur
met de grote korrels zand,
de wilde strelingen
van het zoute water
glimlachen binnen
de schijnbare
splitsing
van de strijdende
atomen.

De Moeder fluistert
langs de veren.

donderdag 21 oktober 2010

Rode Tomaat voor de maskerade


















Voor het gebroken raam,
rechthoekige gedachten
ratelde door de zuiverheid
van de bron.
Een lichte bries van verdriet
bracht kleine stremmingen
tot rust.
De kerktoren sloeg diepe gaten
in de zondagsroes,
de spiegelende paradox
schudt de lach iets losser
door de dikke huid.
De bloemen groeien ongeremd
hoog in de duistere slaap,
het masker geofferd
aan de illusionaire grenzen
van de binnenkant.
De alomvattende sterren oceaan
geeft besliste aanwijzingen
naar het vergeten moederland.
Drakendoder
droomt door ingetogen vuren,
lege punten breken uit,
het zwaktebod van ingesleten verlangens
zwalkt verdwaald op de kille vloer
van het megalomane kantoor complex,
sommige lijnen wijken sterk af
richting de rentevoet van eigenbelang
ketenen zwaarder dan vermoed,
krachteloze ogen priemen vol verdriet
diep in de cynische nieuwsgierigheid.
zonder te proeven voorbij de tong.
Verloren inzichten trekken zich terug
tot de onaanraakbare binnenste ring,
fragiele krachten overstijgen het stof
tot het grenzeloze alles, tot het niets,
tot de liefde,
tot het woordloze lied.

dinsdag 12 oktober 2010

Kookeiland in zee



















Na het graaien, de zondvloed
in zachte zinnen.

Ben ik inwisselbaar?

Gevangenen van hebzucht

Verlangen naar een schaamteloze
lozing.
De engelachtige exaltatie
dwaalt door de opengebroken
straten.
Het oordeel te kwetsbaar
voor de verwaarloosde kudde
in haar overspannen slaap.
Achter de scherpe muren
van de toren is haar ziel
gevangen,
gedwongen om te dansen
in het laveloze neonlicht,
de glinsteringen van het stof
verbannen uit het licht.
Langzaam verschuiven de dingen
richting de tempel van de roos,
het geheugen van de regenboog
op weg naar bewustzijn,
de mystieke tuin
van het immanente hart,
de scherven bijeengeraapt.
(een plek bij het raam)
Het raadselachtige kind
tikt in kleine eenheden
tegen de wanden van kamer,
voor jouw tien anderen.
Consumeren, vaste lasten
de tempel brandt op.
Geen Hollander te vinden,
hoogvliegers op iedere hoek
de cijfers afgekeken.
De Afrikaanse Zon
schreeuwt tussen de oren,
slangenbeet.., slangenbeet….
de hielen lichter.
De boer gedwongen het land te misbruiken
en uit te wringen, plat te spuiten,
ze stierf omdat je te druk bezig was
met het afbetalen van een kantoorcomplex.
Door een zwart gat aan de binnenkant
in de scheuren van het systeem,
het masker,
de fluisteringen
zuchten door het vervreemde ritme heen.
(inflatie van de mystieke constructie)

Vertrouwen stamelt
door de aderen,
adem in,
adem uit.
Tijd en ruimte
gemaakt uit liefde.
(de wijzen kwamen
al vele eeuwen geen grenzen tegen)

Hoogopgeleide domheid

Ongeïnteresseerde elementen
gemanipuleerd en lekker gemaakt
om te stemmen.
(zachte plekken rotten
in de uitgerangeerde wijken)
Achter de schermen
worden de belangen overgelaten
aan het ongekozen blauwe bloed
van de verwilderde omgekochte
democratie.

Sluitingstijd

Ze stierf met glorieuze fluisteringen
uit de oudheid op haar lippen,
de vrijheid is nooit ver weg.
(de boel wordt afgebroken,
kille wind van boven)
De bovenmeester snuift de witte letters
van het volgeschreven bord.

Denk het wel!

maandag 13 september 2010

Het plaatje opgespeld


















Na maanden van schurende
afvalverwerking
braakte de zon drie tonen uit,
de grote Hans Worst
viel stamelend op zijn knieën,
de relatieve rust hijgde langs de veren
van haar vermoeide rug.


De indrukken werden ongezien
in de krakende laden
van het systeem bijgezet, 
langs de alomvattende stilte
zoemde de zwarte machines
oorverdovend.

Het stof werd ingekapseld,
digitaal geplastificeerd
en in een energieverslindend netwerk
van gortdroge klimaatbeheersing geplaatst
ter documentatie van het ijskoude vernuft.
( met iedere stap in overgave
laat ik een moskee verrijzen.)


Uit de geslachte wanden
in de mijnen van Kongo
komen volgevreten slangen
van glasvezel gekropen,
de elektromagnetische adem
verdikt zich tot
de filosofische stroop
der demonen.


De oververhitte celstructuur
baant zich een weg
door het verscheurde rauwe
vlees.


Onderdrukte verhoudingen
gewurgd vanaf de conceptie.

donderdag 9 september 2010

de poort


Door de poort naar het slachtveld,

langs de kant van het pad
wordt fluoriderende soep uitgeschonken
aan de armlastige onaanraakbare,
het karige brood in dunne delen gesneden,
de vis is gebroken en niet meer in de staat
zich te vermenigvuldigen.


De vrijheid van meningsuiting
stuitert in polariserende aandachttrekkerij
in het grijze slijm van het klootjesvolk,
de burgerij verloren in monetaire angsten,
de marktkramen verlangen de eeuwige groei.


(het hoofd wil macht over leven en dood,
het hart heeft de ongebroken ziel
van de stille ademhaling).


Mijn voeten raken de aarde,
grenzeloos in het alomvattende moment,
op de plek daar waar ik nu ben.


De ruimte en de tijd bestolen door
een ongebreidelde drang tot bezitten.

donderdag 27 mei 2010

Stoffige belangen van een dief

Ik ben een extremist
ik vlieg niet
wandel met de boterbloemen
en blaas bellen
langs het stof van het fluitekruid.
Ik ben een revolutionair
de ideale dictator van de hemel.
Ik ben een God
met geleende woorden
uit de hel van verlangen.